Gisteren naar Montélimar voor het plaatsen van de JJ-stent. Zo'n stent is nodig als de urine niet goed van de nier naar de blaas kan stromen. Ik werd al vroeg door de ambulance opgehaald, het is veertig minuten rijden. We reden bij de Spoedeisende Hulp een grote garage binnen en ik was daar nog niet uit de ambulance of er kwam een gedistingeerde heer naar me toegelopen die zich voorstelde als de uroloog, hij had een mooie Italiaanse naam. Hij legde even uit wat er ging gebeuren maar, zei hij, u bent al bekend met een JJ-stent las ik in uw dossier. Inwendig lachte ik, wat dat briefje wat ik zondag gemaakt had al niet teweeg brengt. De plaatsing van de stent in de urineleider zou een half uur in beslag nemen en ik ging onder volledige narcose, vertelde hij.
Ik kwam na de operatie weer goed bij kennis en had enorme dorst maar mocht niets drinken, verlangend dacht ik aan de waterijsjes die je in Nederlandse ziekenhuizen krijgt na een narcose en waar je dan lekker aan kan liggen lebberen.
Lang moeten wachten op de ambulance, de aardige man die het vervoer regelde kwam zich telkens verontschuldigen. Weer op weg naar Aubenas met als chauffeur een jonge vent en naast mij een jonge vrouw, leuk stel. Aangekomen bij de spoedeisende hulp in Aubenas wat in het nieuwe gedeelte van het gebouw zit was er enige verwarring. Alles zat dicht, er was niemand te zien. Pas later kwam ik erachter dat het die dag 1 mei was, dag van de arbeid en nationale feestdag in Frankrijk. Geen wonder dat het zo leeg was, ook in Montélimar, iedereen was aan het feesten. Maar goed, na drukken op een paar knoppen waren we binnen. Niemand te zien op één persoon na die bleef beweren dat kamer 310 niet bestond in het ziekenhuis. Ik begrijp het al, zei ik tegen mijn begeleiders, we zijn nu in het nieuwe gedeelte en mijn kamer is in het oude gedeelte, waar ik na een dag in luxe naar toe verplaatst ben.
Nog steeds niemand te zien dus daar gingen we, op goed geluk. Grote gangen, nog meer gangen en nog veel meer gangen. En wij maar rijden, we hadden ondertussen heel wat lol. Dan komen we een jonge man tegen die tot onze verbazingg tegen mij zegt: bonjour madame Berends. Vragend kijken we hem met zijn drieën aan en hij zegt dat hij mij van de week heeft verhuisd naar de derde verdieping. Ik herkende hem vaag, ondertussen zoveel mensen gezien maar hij ging ons wel even de weg wijzen en liep met ons mee. Op de grens van het nieuwe en oude gedeelte liet hij ons achter, er werd op hem gewacht. Dat werd ook nog wel even zoeken met aanwijzingen van mij, ik herkende bepaalde punten van de route naar de MRI scan.
Na twintig minuten waren we eindelijk in mijn kamer en ik bedankte mijn begeleiders hartelijk voor de toeristisch trip die ze me geven hadden. Lachend namen we afscheid.
Reacties
Jou een beetje kennende blijf je er voor gaan,zet hem op,Marthy.
Fijn dat je weer kan lachen, dan is de pijn hopelijk verminderd.
Hou je taai !
Toos.