Fès

Voor een rondleiding door Fès hebben we met een stel andere mensen een officiële gids ingehuurd. We werden keurig opgehaald bij de receptie op de camping en met een busje naar de stad gereden. We begonnen bij het koninklijk paleis, nou ja, je komt niet verder als de poorten natuurlijk, met daar zijn al een bezoekje waard. Bronzen deuren met daaromheen het mooie Marokkaanse mozaïk.

Veertien poorten geven toegang tot de medina. Welke poort je ook neemt, ze voeren je allemaal naar een wirwar van overdekte passages, smalle gangen, trappen en pleintjes, waar bijna geen zonlicht doordringt. Elke wijk heeft een fontein, moskee en medersa. Maar ook een gemeenschappelijke broodoven waar de bewoners hun brood komen bakken.

Bou-Inania uit de 14e eeuw  is de grootste en mooiste medersa (koranschool) van de stad. De minaret is de hoogste van de stad en binneninrichting is van bewerkt cederhout en ornamenteel stucwerk.

Voordat we de Guerniz-leerlooierijen gingen bezoeken kregen we een takje munt aangereikt, want de stank kan daar ondraaglijk zijn. Het viel mee, waarschijnlijk was de wind ons gunstig. In de grote kuipen worden de huiden geverfd en daarna te drogen gehangen. Aan het eind van de tour hebben wij met zijn allen heerlijk Marokkaans zitten eten. Moe maar voldaan lieten we ons terug rijden naar de camping waar we in het zonnetje met de beentjes omhoog gingen.